logo1.jpg (21171 bytes)
logo3.jpg (8852 bytes)

naslag.jpg (3841 bytes)

Mini auto encyclopedie (C) Marcel Snijders


B

Bentley
Het beeldmerk, een gevleugelde 'B', verwijst naar oprichter en tevens naamgever van dit merk, William Owen Bentley, die in 1919 zijn eerste auto ontwierp. Dankzij de vele overwinningen op Le Mans werd Bentley - gevestigd in Londen vlak naast carrosseriebouwer VandenPlas - op dat moment beschouwd als de absolute top op Engeland's sportautogebied. Financieel ging het echter zo slecht, dat Rolls Royce in 1931 Bentley inlijfde.

Bertone
Net zoals Pininfarina heeft ook het door Nuccio Bertone geleide bedrijf een auto onder eigen merknaam op de markt gebracht. En eveneens betrof het hier een voormalig Fiat model. Toen Fiat de produktie van de X1/9 gestaakt had, restylde Bertone de vroeger door zijn bedrijf ontworpen auto enigszins en bracht hem in 1982 onder eigen naam op de markt. Tot 1989 was deze versie te koop.

BMW
Afkorting van Bayerische Motoren Werke. Het beeldmerk, een gestileerde weergave van een draaiende propellor, verwijst naar BMW's geschiedenis als fabrikant van vliegtuigmotoren. BMW verkeerde in 1959 in geldnood en werd bijna door Mercedes-Benz opgeslokt. Een grote reorganisatie volgde en in 1961 werd de auto voorgesteld die BMW van de ondergang zou redden: de 1500 middenklasse sedan. Samen met Rolls-Royce richtte BMW in 1995 een fabriek op voor de produktie van vliegtuigmotoren. Terug bij de bron, zou je kunnen zeggen.

Boeing
Deze 'jumbo'-vliegtuigfabrikant heeft zich ook ingelaten met de bouw van auto's. Weliswaar slechts een model en niet in grote aantallen (er zijn er slechts 4 gebouwd), maar ongetwijfeld wel de meest bijzondere auto ooit gebouwd: de Lunar Roving Vehicle (LRV) ofwel 'de maanauto'. Met de bouw van de LRV's (totale kostprijs 19 miljoen dollar) werd in 1969 begonnen en in 1971 reed het eerste exemplaar op de maan rond. Elk wiel -gemaakt van geweven pianosnaren en voorzien van een titanium loopvlak - werd aangedreven door een elektromotor van 0.25Pk. De LRV woog 207 kilo schoon aan de (aardse) haak en de maximaal behaalde snelheid op de maan bedroeg 16.8 km/u.

Borgward
Genoemd naar diens oprichter Carl F. Borgward, die al eerder de auto- bedrijven Hansa, Goliath en Hansa-Lloyd had opgekocht. In 1961 werd Carl Borgward bankroet verklaard.

Bristol
Aangezien de Bristol Aeroplane Company na de Tweede Wereldoorlog niet bepaald een gebrek had aan technici en ontwerpcapaciteit, besloot men om op kleine schaal auto's te gaan produceren. H.J. Aldington, een van de direktieleden en autokonstrukteur, regelde dat BMW ingenieur Fritz Fiedler overkwam om te helpen. Geen wonder dus, dat de eerste Bristol, de 400 uit 1947, veel weg had van de BMW 327/328. Voor de ontwikkeling van de auto's kon men uiteraard ook beschikken over de lange startbaan en de windtunnel van het moederbedrijf. Vanaf 1961 begon men met de inbouw van Chrysler V8 motoren in de auto's. Overigens is de merknaam afgeleid van de vestigingsplaats van de firma: het Engelse Bristol.

Bugatti
Na een uitgebreide ervaring als auto-ontwerper bij anderen te hebben opgedaan, begon Ettore Bugatti in 1909 in zijn eigen werkplaats in Molsheim bij Straatsburg auto's te ontwikkelen. In 1926 verscheen de imposante Royale met 12.7 liter motor aan boord. Deze motor zou later nog worden ingezet als aandrijving voor hoge snelheidstreinstellen. Na tegenvallende verkoopresultaten hield dit merk het in 1956 voor gezien. Totdat in 1987 een aantal Europese zakenmensen de rechten op deze merknaam overnamen. Uit de splinternieuwe, door hen opgerichtte Bugatti Automobili fabriek in Italie rolde eind 1992 weer een Bugatti van de band: de EB110. Een exclusieve supersportwagen met V12 motor, vier turbo's en 550 PK. Maar helaas, de historie herhaalde zich en eind 1995 ging Bugatti - door geldgebrek - weer ten onder.

Buick
Grondlegger David Dunbar Buick was als tweejarig kind met zijn Schotse ouders naar Amerika geemigreerd. Later, in 1903, richtte hij het auto- merk Buick op. Al na een jaar werd het bedrijf opgekocht door William Durant. Een reorganisatie volgde en Buick werd gehuisvest in nieuwe produktiehallen. In 1908 maakte Durant van Buick de hoeksteen van zijn General Motors concern.