Samenvatting
Je moet richting aangeven als je voorsorteert, afslaat, inhaalt, van rijstrook wisselt, of een andere zijdelingse beweging wilt gaan uitvoeren. Je mag alleen toeteren als er gevaar dreigt.
Tekens en signalen: verplicht
Je geeft richting aan
met je richtingaanwijzer.
Je bent verplicht om richting aan te geven in de onderstaande gevallen:
je wilt gaan voorsorteren;
je wilt gaan afslaan.
je wilt gaan wegrijden;
je wilt gaan inhalen (officieel: als je een
motorvoertuig wilt gaan inhalen);
je wilt de
doorgaande rijbaan wilt gaan op- of afrijden (invoegen en uitvoegen);
je wilt van rijstrook gaan wisselen;
je wilt een zijdelingse verplaatsing gaan uitvoeren.
Als je een obstakel vormt, dan moet je
de alarmlichten aanzetten en/of
de gevarendriehoek plaatsen (zie hoofdstuk
RL).
Tekens en signalen: verboden
Het is verboden om:
geluidssignalen (toeteren) en knippersignalen (seinen) te geven als er geen gevaar dreigt;
alarmlichten te gebruiken als je geen obstakel vormt voor andere weggebruikers (zie hoofdstuk
RL).