Samenvatting
Er zijn verschillende soorten verkeersborden. In het hoofdstuk Borden vind je een lijst met alle verkeersborden. Naast de
algemene verkeersborden is er ook nog sprake van
onderborden.
Reikwijdte van verkeersborden
Belangrijke vragen zijn:
Voor wie (welke
weggebruikers) geldt een verkeersbord? Zie
aandachtspunten bij verkeersborden.
Voor welke delen van de weg geldt een verkeersbord? Als een weg bestaat uit verschillende gescheiden delen, dan heeft een verkeersbord in principe betrekking op het links daarvan gelegen gedeelte. Als een weg is ingedeeld in rijbaan, tussen
berm en (brom)fietspad dan staan de borden die betrekking hebben op de rijbaan in de tussenberm tussen rijbaan en (brom)fietspad. De borden die gelden voor het (brom)fietspad staan daar rechts van.
Hoe verhouden verkeersborden zich tot
verkeersregels en
aanwijzingen? Aanwijzingen gaan boven
verkeerstekens, verkeerstekens gaan boven verkeersregels.
Aandachtspunten bij verkeersborden
Let goed op het onderscheid tussen verkeersborden voor fietsers, snorfietsers en bromfietsers. Enkele voorbeelden:
Een
verplicht fiets/bromfietspad (
G12a ,
G12b) geldt voor fietsers, snorfietsers en bromfietsers. Het bord
verplicht fietspad (
G11) geldt alleen voor fietsers en snorfietsers.
Een
onverplicht fietspad (
G13,
G14) geldt alleen voor fietsers en snorfietsers met uitgeschakelde motor; daar mag je dus niet in met je bromfiets.
Bord
F01 (inhalen verboden) geldt alleen voor bromfietsers die op de
rijbaan rijden; het geldt nooit voor fietsers, snorfietsers en bromfietsers op het verplichte fiets/bromfietspad.
Let daarom goed op welke verkeersborden voor bromfietsers gelden, welke voor snorfietsers en welke voor fietsers.
Algemene verkeersborden
De gewone verkeersborden zijn als volgt ingedeeld (zie ook
onderborden):
snelheidsborden: geven aan hoe hard je mag rijden. Zie:
A-Borden.
voorrangsborden: geven aan van welke voorrangssituatie er sprake is; Zie
B-Borden.
gesloten verklaring: geven aan of je een weg wel of niet in mag rijden, meestal ronde witte borden met een rode rand; Zie
C-Borden.
rijrichting: geven aan in welke richting je moet rijden, dit zijn ronde blauwe borden met witte pijlen; Zie
D-Borden.
parkeren en stilstaan: geven aan waar je wel en niet mag parkeren en/of stilstaan; Zie
E-Borden.
overige geboden: onder andere inhaalverboden; Zie
F-Borden.
verkeersregels: geven aan waar bepaalde verkeersdeelnemers zich wel of niet mogen bevinden, dit zijn blauwe borden met witte afbeelding van o.a. fietsers en autos; Zie
G-Borden.
bebouwde kom: geven aan wanneer er sprake is van de bebouwde kom; Zie
H-Borden.
waarschuwing: waarschuwen voor gevaarlijke verkeerssituaties, dit zijn meestal witte driehoekige borden met een rode rand; Zie
J-Borden en
F-Borden.
bewegwijzering: geven aan welke richting je uit moet als je naar een bepaalde bestemming rijdt; Zie
K-Borden.
informatie: dit zijn o.a. borden die een voetgangersoversteekplaats aanduiden, een doodlopende weg, aanduiding aantal rijstroken. Zie
L-Borden.
Rijstrooklichten zijn eigenlijk elektronisch bedienbare borden. Zie
R-lichten.
Onderborden
Zie
O-Borden: onderborden. Onderborden hangen onder de
algemene verkeersborden. Ze beperken de reikwijdte van het hoofdbord. Zo kan een onderbord de
weggebruikers inperken waarvoor het hoofdbord geldt. Onderborden waarmee je als brom- en snorfietser veel te maken hebt zijn:
0102,
0103,
0406,
0403,
Vkl05.